Leeruitkomst en toetsing: Medische Biologie 1

Algemeen

In de leeruitkomsten Medische Biologie 1 en 2 leer je alles over het menselijk lichaam. De Medische Biologie kun je onderverdelen in verschillende vakgebieden:

  • Anatomie (hoe ziet het er uit?)
  • Terminologie (hoe heet het?)
  • Fysiologie (hoe werkt het?)
  • Pathologie (wat kan er mis gaan?)
  • Farmacologie (hoe kunnen we er op ingrijpen?)

In de Bachelor of Nursing 2020 wordt het leerdoel dat betrekking heeft op de leeruitkomst Medische Biologie 1 als volgt omschreven: “Kent basisprincipes uit o.a. de anatomie, fysiologie, psychologie, pathologie en farmacologie.” Dit leerdoel staat beschreven bij de rol van Zorgverlener binnen het thema Klinisch redeneren. Deze kennis van de anatomie, fysiologie en pathologie heb je als verpleegkundige nodig voor klinisch redeneren en bij het opstellen, uitvoeren en monitoren van verpleegplannen voor je zorgvragers. Maar medische biologie is daarnaast ook in andere CanMeds rollen van belang. Zo is het belangrijk dat je de juiste (medische) taal spreekt om efficiënt te kunnen samenwerken met andere zorgverleners (artsen, fysiotherapeuten, logopedisten, diëtisten, huidtherapeuten, etc.), en het medische taalgebruik om kunt zetten naar lekentaal zodat je zorgvragers medische zaken uit kunt leggen op een niveau dat is afgestemd op de persoon. Tenslotte heb je de kennis vanuit de medische biologie nodig om informatie uit Nederlandse en Engelstalige medische en wetenschappelijke bronnen te kunnen begrijpen en die te kunnen toepassen in je eigen werkzaamheden. Kortom, je medisch biologische kennis is van belang bij vrijwel alle CanMeds rollen binnen de BN2020.

Beschrijving

Je kunt de basis van de anatomie, fysiologie, pathologie en farmacologie van de mens beschrijven. Met deze kennis ben je in staat om bij enkelvoudige en middencomplexe problematiek het verpleegprobleem en de onderliggende fysiologische, anatomische, pathologische en farmacologische achtergrond te analyseren en interpreteren. Binnen Medische biologie 1 komen de volgende thema’s aan bod: Medische terminologie, Cellen en weefsels, Spierskeletsysteem, Hartvaatstelsel, Ademhalingsstelsel, Spijsverteringsstelsel, Voeding en energiesystemen, Afvalstoffen en Uitscheiding, en Basis farmacologie.

Wat laat je zien:
beschrijven, analyseren, interpreteren.
Welke competentie:
zorgverlener (Z1), Reflectieve EBP-professional (R2, R3).
Welk onderwerp:
klinisch redeneren, Indiceren van zorg, Kwaliteit van zorg leveren, Inzet EBP.
Welke standaarden:
basiskennis anatomie, fysiologie, pathologie, farmacologie
HBO-niveau/reikwijdte:
NLQF 5.
Aanbevolen leerhulpmiddelen:

Toetsing en beoordeling

Je kunt aantonen dat je de leeruitkomst hebt behaald door middel van een schriftelijk tentamen. Indien je de leeruitkomst op een andere manier wilt aantonen dan dien je een gemotiveerd verzoek in te dienen bij de examencommissie via OSIRIS Zaak. Het schriftelijk tentamen bestaat uit 80 meerkeuzevragen met drie antwoordopties. De toetsmatrijs, waarin staat hoeveel vragen je per onderwerp kunt  verwachten, vind je op BlackBoard.

Toetsprocedure

Toetsvorm:
schriftelijk tentamen.
Toetsduur:
120 min.
Aantal vragen:
80.
Voorlopige cesuur:
70%.
Wijze van inschrijving:
student schrijft zich ten minste 3 weken voorafgaand aan de toetsdatum in via OSIRIS.
Beoordelingstermijn:
15 werkdagen.

Om het schriftelijk tentamen te mogen afleggen dien je je ten minste 3 weken voorafgaand aan de toetsdatum in te schrijven via OSIRIS. In OSIRIS wordt kort voor de toetsdatum bekend gemaakt in welke zaal je bent ingedeeld.

De regels en procedures rondom de afname van schriftelijke toetsen staat verder beschreven in bijlage 3. Toetsregeling van het Onderwijs- en Examenreglement. Zorg er in ieder geval voor dat je ruim op tijd aanwezig bent en een identiteitsbewijs mee hebt.

Beoordelingsprocedure

  1. Het resultaat van de toets wordt uiterlijk 15 werkdagen na de datum waarop de toets is afgenomen bekendgemaakt in OSIRIS. Resultaten die bekend gemaakt zijn via andere media als b.v. Blackboard of OnStage zijn niet definitief, hieraan kunnen geen rechten worden ontleend. Het cijfer wordt afgerond op 1 decimaal in de range van 1 tot 10.
  2. De normering van de toets wordt voorafgaand aan de toets of op de toetsopgaven bekend gemaakt. Op basis van de kwalitatieve analyse van de toets kan de examinator de normering achteraf aanpassen. De examinator meldt het aanpassen van de normering bij de examencommissie.
  3. Je hebt de mogelijkheid om inzage te krijgen in de beoordeelde toets en de gehanteerde normen. Dit inzagemoment wordt via Blackboard naar studenten gecommuniceerd. Wanneer je een gegronde reden hebt om niet aanwezig te kunnen zijn op het aangekondigde inzagemoment dan kan er een afspraak met de examinator worden gemaakt.

Herkansing

Ook bij een herkansing dien je je tenminste 3 weken voorafgaand aan de toetsdatum in te schrijven in
OSIRIS. De procedure voor toetsing en beoordeling is verder gelijk aan de procedure bij de eerste kans.

Indien je een toets van het vorige studiejaar moet herkansen geldt, in overeenstemming met de
Onderwijs- en Examenregeling (art 3.5 lid 1.e) dat je moet uitgaan van een nieuwe leeruitkomst- en
toetsbeschrijving.