Beschrijving
Je gebruikt een methodiek voor klinisch redeneren om in alle fasen van het verpleegkundig proces verantwoorde besluiten te nemen. Je kunt veelvoorkomende hoog complexe problematiek, co- en/of multimorbiditeit en verbanden tussen ziektebeelden uitleggen. Bij casussen met een hoge ‘patient complexity’ en/of ‘case complexity’ integreer je vakkennis, klinische gegevens, anamnese en observatie om het verpleegprobleem en de onderliggende fysiologische, psychologische, anatomische, pathologische en farmacologische achtergrond te analyseren en te interpreteren. Je gebruikt hierbij een passend verpleegkundig classificatiesysteem.
Op basis hiervan stel je een verpleegkundige diagnose, beargumenteer je de onderliggende etiologie, stel je op basis van shared-decision making verpleegkundige doelen op en prioriteer je deze. Aan de hand van deze doelen selecteer je passende verpleegkundige interventies, en onderbouwt deze aan de hand van de principes van EBP. Je rapporteert je analyse en beoordeling in een verpleegplan, voert het plan uit en stelt dit waar nodig bij, monitort de uitvoering en evalueert samen met de zorgvrager het resultaat.
Toetsing en beoordeling
Toetsprocedure
- Toetsvorm
- Videopresentatie
- Maximum aantal minuten
- 20 minuten
- Aantal beoordelaars
- 1 (bij cijfer tussen 5 en 6 altijd twee)
- Wijze van inschrijving
- Student schrijft zich voorafgaand aan het inleveren van de toets in voor de betreffende toets in OSIRIS
- Wijze van inleveren
- Inleverpunt op Blackboard
- Beoordelingstermijn
- 15 werkdagen
- Cijfer
- Cijfer = ((gewogen som – 1) / 4) * 10
- Reparatiemogelijkheid bij herkansing
- Ja, eenmalig voor zelfde casus
De opdracht lever je in bij het inleverpunt op de Blackboard pagina van de leeruitkomst. Voorafgaand aan inlevering dien je je ingeschreven te hebben voor deze toets in OSIRIS. Indien je niet ingeschreven bent kan er geen cijfer worden geregistreerd en wordt de toets niet nagekeken.
Tussentijds zijn er formatieve toetsen door middel van peerfeedback op (een deel van) het verslag door medestudenten en docent.
Beoordelingsprocedure
- De beoordelaar checkt of aan alle voorwaardelijke criteria is voldaan. Indien aan 1 of meerdere voorwaarden niet voldaan is, wordt de opdracht beoordeeld met NVD en wordt deze niet verder nagekeken. Indien plagiaat wordt vermoed wordt er een zaak aangemaakt bij de examencommissie en wordt de opdracht niet verder nagekeken. Plagiaat kan leiden tot uitsluiting van de toets en in ernstige gevallen zelf uitsluiting van de opleiding.
- Indien aan alle voorwaardelijke criteria wordt voldaan wordt de opdracht verder nagekeken en voorzien van feedback. De beoordelaar kent aan ieder item een aantal punten toe op een 5-puntsschaal (1-5). De indicatoren voor 5, 3 en 1 punt zijn beschreven. Indien niet volledig aan de beschrijving van 5 punten is voldaan, maar de student meer dan voldoet aan de beschrijving van 3 punten kiest de beoordelaar het tussenliggende vakje. Eenzelfde procedure geldt tussen 3 en 1 punt. De beoordelaar geeft feedback op: waar staat de student nu ten opzichte van het gewenste resultaat en hoe kan de student verder werken om het gewenste resultaat te bereiken.
- De beoordelaar berekent het eindcijfer aan de hand van de volgende formule: Cijfer = ((gewogen gemiddelde – 1) / 4) * 10. De cesuurgrens ligt op 5,5. Dit betekent dat een score van 1 punt op alle rubric items leidt tot een cijfer 1, een score van 3 punten op alle items tot een cijfer 5,5 en een score van 5 punten op alle items leidt tot een cijfer 10.
- Indien de beoordeling tot een eindcijfer tussen 5 of 6 leidt, dan schakelt de verantwoordelijke examinator (eigenaar) een onafhankelijke tweede beoordelaar in. Na de beoordeling van de tweede beoordelaar vindt een afstemmingsoverleg plaats. Indien beide beoordelaars gezamenlijk niet tot een eenduidig eindcijfer komen wordt een derde beoordelaar aangevraagd. Deze derde beoordelaar is inhoudelijk expert en past een marginale toetsing toe van de beoordeling door de eerste en tweede beoordelaar, op basis van kennis van de oordelen van de eerste en tweede beoordelaar en de onderbouwing daarvan. Het oordeel van de derde beoordelaar is bindend.
Herkansing
Ook bij een herkansing dien je je voorafgaand aan het inleveren in te schrijven in OSIRIS. Bij een eventuele herkansing heb je eenmaal de mogelijkheid tot het verbeteren van je beroepsproduct op basis van de gegeven feedback. Bij een eventuele tweede herkansing dient een volledig nieuw beroepsproduct te worden gemaakt. De procedure voor toetsing en beoordeling is verder gelijk aan de procedure bij de eerste kans.
Indien je een toets van het vorige studiejaar moet herkansen geldt, in overeenstemming met de Onderwijs- en Examenregeling (art 3.5 lid 1.e) dat je moet uitgaan van een nieuwe leeruitkomst- en toetsbeschrijving. Je kunt met de betreffende docent van de leeruitkomst overleggen over de wijzigingen die daarin zijn aangebracht ten opzichte van de gelegenheden eraan voorafgaand. Dit betekent dat de herkansing wordt nagekeken volgens het dan geldende beoordelingsformulier.